DSB Bank onder toezicht gesteld?

09 jul 2009

Op 9 juli 2009 werd bekend dat de heer R.L.O. Linschoten, kroonlid van de Sociaal-economische Raad en voormalig staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, is benoemd tot directeur van DSB Bank NV.  Linschoten, die als een verstandig man bekend staat, zou naar het inzicht van SOBI buitengewoon onverstandig hebben gedaan wanneer hij die positie zou hebben geaccepteerd zonder het beleid doorslaggevend te kunnen bepalen. SOBI neemt daarom aan dat Linschoten de positie aanvaard heeft onder voorwaarde dat hij het voor het zeggen heeft, met andere woorden dat Scheringa geen invloed op het beleid meer heeft. Daarmee zou een belangrijke wens van SOBI gerealiseerd zijn en de belangen van slachtoffers van DSB Bank zijn gediend.

SOBI vermoedt dat De Nederlandse Bank de heer Linschoten met doorslaggevende bevoegdheden heeft aangesteld. De Nederlandse Bank gaat tot dergelijke maatregelen over wanneer zij het voortbestaan van een bank in gevaar acht en/of wanneer zij overwegende bezwaren tegen het gevoerde beleid heeft. DNB doet nooit mededelingen over dergelijke zaken.

Op basis van de mededelingen van DSB Bank aan de AFM (de continuïteit van DSB Bank komt in gevaar wanneer de AFM aan DSB op te leggen boetes openbaar maakt) en de nadien inderdaad openbaar gemaakte boetes, neemt SOBI aan dat zowel het gevoerde beleid als de financiële toestand van DSB Bank voor De Nederlandse Bank redenen zijn geweest om in te grijpen.

Maatregelen van DNB vormen overigens geen garantie voor het voortbestaan van een bank. Van der Hoop Bankiers is in december 2005 failliet gegaan, nog hetzelfde jaar waarin De Nederlandse Bank daar een stille bewindvoerder had aangesteld. Wel zijn alle schuldeisers van Van der Hoop Bankiers betaald, zij het dat daarvoor stevige dotaties van De Nederlandse Bank en accountantskantoor Deloitte noodzakelijk waren.

Terzijde kan worden opgemerkt dat de directeur van DNB die toen met het toezicht op het bankwezen was belast (Professor dr. Arnold Schilder RA) per 1 januari 2009 is afgetreden, 4 jaar eerder dan aanvankelijk de bedoeling was.